Een verdwaalde grote stern

Tekst Hans Peeters / foto boven Jappie Seinstra

De grote stern is een volle neef van de visdief, dwergstern en noordse stern. Vogels van zee en kust, die elk jaar twee keer grote afstanden afleggen tussen overwinterings- en broedgebied. Met hun ranke, slanke lichaam klieven ze door de lucht en met de lange smalle vleugels weten ze moeiteloos door stormen heen te ploegen. Zo ongeveer klinkt ook het hoofdstuk over de visdief in het boek Gruttoland. Wat dit betreft gaat het voor beide soorten gelijk op.

Volwassen grote stern/ foto Willy Dikkers

Broedkolonie op Texel / foto Hans Peeters

Al bijna 10 jaar prijkt de grote stern op de lijst van waargenomen soorten in Gruttoland. Het was een enkele waarneming en tot nu toe, is het daar bij gebleven. Boer Murk daarover: “In de jaren 2011 tot en met 2013, deed Marten Sikkema van Bureau Altenburg en Wymenga in opdracht van Vogelbescherming, onderzoek naar de invloed van hoogwater in de sloten. Hij keek naar welke vogelsoorten zich bij sloten met hoogwater ophielden en welke bij laagwatersloten. Kortom wat is de invloed van een hogere waterstand in sloten en dan met name in een weidevogelgebied. Een van die keren meldde Marten dat hij een grote stern waargenomen had. Bij die ene melding in mei is het tot nu toe gebleven. Het blijft dus een zeldzame waarneming.”

Foto Jappie Seinstra

Grote sterns met kokmeeuwen / foto Marten F. de Vries

Waddeneilanden

Wat die ene grote stern in mei 2014 in Gruttoland moest is de vraag. Grote sterns broeden in Nederland langs de kust en dan met name in de Zeeuwse Delta en op de Waddeneilanden. De dichtstbijzijnde broedkolonies bevinden zich op het onbewoonde eilandje Griend ten zuidoosten van Vlieland en op Texel. Waarschijnlijk hoorde deze vogel daar dus thuis en was hij even de weg kwijt.

Rond het begin van de twintigste eeuw werden veel grote sterns gedood om de fraaie veren voor dameshoeden. Hun eieren werden geraapt voor consumptie. Toen deze praktijken werden verboden, steeg het aantal broedparen tot zo’n 35.000-40.000 rond 1950. Daarna forse daling tot slechts 875 paar door lozingen van afvalstoffen bij de productie van landbouwbestrijdingsmiddelen. Na verbod daarop herstel tot zo’n 15.000 – 20.000 broedparen. Een van de grootste vaste kolonies bevond zich op Griend met 10.560 paren (2005). Daarna dijde de kolonies op Texel steeds verder uit. In 2022 heeft de grote stern ernstig te lijden gehad van de vogelgriep, waardoor de populatie in een jaar tijd een forse achteruitgang liet zien.

Broedkolonie op Texel / foto Bennie van der Weide

Foto Servan Ott

Wetenschappelijke naam: Sterna sandvicensis; Friese naam: klikstirns

Herkenning: grote stern met lichtgrijze vleugels; zwarte pet, zwarte snavel met gele punt; geen verschil tussen man en vrouw

Lengte: 36 – 41 cm; spanwijdte: 85 – 97 cm

Geluid: roep een rauw, raspend kerRICK

Voedsel: vis, zoals zandalen, spiering en wijting

Gedrag: broedt in kolonies; man biedt vrouw tijdens de balts een visje aan

Leefgebied: broedt langs de kust in Zeeuwse Delta en op Waddeneilanden

Nest: kuiltje in het zand of tussen schelpen

Aantal eieren: 2 eieren vanaf mei; 1 broedsel per jaar

Broedduur: 23 dagen

Vliegvlug: jongen kunnen na 28 – 30 dagen vliegen; zijn pas na 3 maanden geheel onafhankelijk

Trek: vogels verzamelen na broedseizoen in groepen; meeste vogels overwinteren langs de westkust van Afrika tot in Zuid-Afrika; maar ook in het Middellandse Zeegebied

Voorkomen: broedparen 14.850 – 18.250; overwinteraars 15 – 30

Gruttoland: eenmalige waarneming in 2014

Foto Marten F. de Vries

Grote sterns met jong / foto Willy Dikkers

Volwassen en jonge vogels in Utopia (Texel) / foto Hans Peeters